Stroperigheid in overleg, of juist keuzes maken zonder te overleggen, samen beslissen kan lastig zijn.

‘Iedereen moet eroverheen piesen, dus het schiet niet op’ of ‘we vallen in herhaling en nemen geen besluit’ of ‘ik voel me niet gehoord’ zijn veel gehoorde uitspraken in teams.

Ik ken de medische wereld goed, maar op andere plekken hoor ik dezelfde klachten.

Het begint met een stel gedreven mensen die met mooie ideeën samen gaan werken. Vaak zijn na verloop van tijd veel mooie ideeën gestrand en is de relatie wat bekoeld, of ronduit slecht. Er ontstaat vaak ondermijning in vele vormen als wantrouwen, moedeloosheid, cynisme, alles weg lachen, niet aan afspraken houden. Allemaal niet helpend.

Hoe anders?

Afgelopen week hadden we een dag bij een grote ‘HOED’ (huisartsen onder een dak). Samen met mijn collega had ik een programma gemaakt gebaseerd op de Lewis-methode, ofwel Deep Democracy. Een prachtige praktische methode, ontwikkeld in bedrijven in Zuid Afrika na de Apartheid, waar twee lijnrecht tegenover elkaar staande culturen moesten gaan samenwerken. Je leert samen in heel concrete stappen knopen door te hakken. Én daarbij de stem van de minderheid, die het niet met het besluit eens is mee te nemen. Dus geen ontevreden minderheid die de boel gaat tegenwerken.

De ‘wijsheid van de minderheid’ wordt toegevoegd aan het meerderheidsbesluit, waardoor de kracht van de koers groter wordt. De methode maakt dat je uit de loopgraven van de discussie komt. En gaat luisteren naar elkaar en daar de waarde van gaat zien.

Niet ‘soft’, maar met direct groot voordeel voor de kwaliteit van je besluit en de kwaliteit van de relaties onderling. En dus met ‘hard’ effect op je organisatiecultuur. Het vergt wel de moed van de kwetsbaarheid: kleur bekennen, vertellen waar je zorgen zitten, waar je behoefte naar uit gaat. Vertellen dat je geld ook belangrijk vindt, als dat zo is. Of dat je je gezin ook belangrijk vindt, als dat zo is. Ieder zijn eigen waarden.

Deep Democracy

Dat is de theorie. De praktijk was ontroerend. Zoals in veel groepen was er wantrouwen. Waren er ‘blauwe plekken’, zoals deze groep het zelf benoemde. Ze gingen desondanks dapper aan de slag in de oefening. Men liet zichzelf zien en horen. Opvallend was wat het met de sfeer deed en hoe de groep de kracht van wat ze beleefd hadden daarna zelf feilloos verwoorde.

Leren door zelf te beleven. Veel krachtiger dan alle theorie van de wereld.